Arjaantje Andriesdr Cleywegh
in
Kwartierstaat van Anthonie Heynsius
Kwartierstaat van Arie Roobol
Kwartierstaat van Arie Roobol
Kwartierstaat van Daniël Anthonie Heynsius
Kwartierstaat van drs. Kees (Cornelis) van Spronsen
Kwartierstaat van ir Cees (Cornelis Jorden) Hagenbeek
Kwartierstaat van Kees van Spronsen
Kwartierstaat van Marinus Pannevis
Kwartierstaat van mr Marinus Pannevis
Kwartierstaat van Olga Broersma
Kwartierstaat van Olga Broersma
Arjaantje Andriesdr Cleywegh.
tr.
met
Cornelis Pietersz Poot, zn. van Pieter Pietersz Poot en Martijntje Cornelisdr Verhouck, geb. te Spaland in 1606, bouwman Korte buurt te Maasland, ovl. voor 7 mei 1653, tr. (1) met Jopjen Jopjensdr. Uit dit huwelijk geen kinderen, tr. (2) met
Neeltgen Pietersdr Poot
in
Kwartierstaat van Anthonie Heynsius
Kwartierstaat van Arie Roobol
Kwartierstaat van Arie Roobol
Kwartierstaat van Daniël Anthonie Heynsius
Kwartierstaat van drs. Kees (Cornelis) van Spronsen
Kwartierstaat van ir Cees (Cornelis Jorden) Hagenbeek
Kwartierstaat van Kees van Spronsen
Kwartierstaat van Marinus Pannevis
Kwartierstaat van mr Marinus Pannevis
Kwartierstaat van Olga Broersma
Kwartierstaat van Olga Broersma
Neeltgen Pietersdr Poot, geb. te Kethel en Spaland in 1615, begr. te Vlaardinger-Ambacht (Vlaardingen) in jan 1671.
- Vader:
Pieter Pietersz Poot, zn. van Pieter Pietersz Poot (bouwman te Vlaardinger Ambacht) en Lijsbeth Huibrechtsdr van Adrichem (waardinne in Bleskensgraaf te Kethel), geb. te Vlaardingen circa 1577, bouwman aan de Harreweg te te Kethel, bouwman te te Spaland, schepen van Spaland, 1613, 1615-1617, 1626, 1629, 1633-1640, woonde aan de Kethelweg te te Vlaardinger-Ambacht circa 1577, boedelscheiding op 6 nov 1665, ovl. te Kethel op 28 dec 1640, tr. te Vlaardingen voor 3 mei 1603 met
tr. te Vlaardinger-Ambacht (Vlaardingen) op 8 nov 1642
met
Leendert Jacobsz Rodenburch, zn. van Jacob Leendersz Rodenburg (molenaar en bouwman in Monster) en Marijntgen Willemsdr Waermont, ged. te Naaldwijk op 13 mrt 1611, tr. met
Uit dit huwelijk 2 zonen:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Willem | *1643 | Vlaardingen | †1725 | Maasland | 81 | 2 | 4 |
2 | Pieter | | | | | | 1 | 4 |
Leendert Jacobsz Rodenburch
in
Kwartierstaat van Anthonie Heynsius
Kwartierstaat van Arie Roobol
Kwartierstaat van Arie Roobol
Kwartierstaat van Daniël Anthonie Heynsius
Kwartierstaat van drs. Kees (Cornelis) van Spronsen
Kwartierstaat van ir Cees (Cornelis Jorden) Hagenbeek
Kwartierstaat van Kees van Spronsen
Kwartierstaat van Marinus Pannevis
Kwartierstaat van mr Marinus Pannevis
Kwartierstaat van Olga Broersma
Kwartierstaat van Olga Broersma
Leendert Jacobsz Rodenburch, ged. te Naaldwijk op 13 mrt 1611.
tr. te Vlaardinger-Ambacht (Vlaardingen) op 8 nov 1642
met
Neeltgen Pietersdr Poot, dr. van Pieter Pietersz Poot en Martijntje Cornelisdr Verhouck, geb. te Kethel en Spaland in 1615, begr. te Vlaardinger-Ambacht (Vlaardingen) in jan 1671, tr. met
Uit dit huwelijk 2 zonen:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Willem | *1643 | Vlaardingen | †1725 | Maasland | 81 | 2 | 4 |
2 | Pieter | | | | | | 1 | 4 |
Dieuwertje Pietersdr Poot
in
Kwartierstaat van Anthonie Heynsius
Kwartierstaat van Arie Roobol
Kwartierstaat van Arie Roobol
Kwartierstaat van Daniël Anthonie Heynsius
Kwartierstaat van drs. Kees (Cornelis) van Spronsen
Kwartierstaat van ir Cees (Cornelis Jorden) Hagenbeek
Kwartierstaat van Kees van Spronsen
Kwartierstaat van Marinus Pannevis
Kwartierstaat van mr Marinus Pannevis
Kwartierstaat van Olga Broersma
Kwartierstaat van Olga Broersma
Dieuwertje Pietersdr Poot, geb. te Kethel en Spaland in 1616, ovl. te Schipluiden tussen 22 nov 1674 en 20 sep 1682.
- Vader:
Pieter Pietersz Poot, zn. van Pieter Pietersz Poot (bouwman te Vlaardinger Ambacht) en Lijsbeth Huibrechtsdr van Adrichem (waardinne in Bleskensgraaf te Kethel), geb. te Vlaardingen circa 1577, bouwman aan de Harreweg te te Kethel, bouwman te te Spaland, schepen van Spaland, 1613, 1615-1617, 1626, 1629, 1633-1640, woonde aan de Kethelweg te te Vlaardinger-Ambacht circa 1577, boedelscheiding op 6 nov 1665, ovl. te Kethel op 28 dec 1640, tr. te Vlaardingen voor 3 mei 1603 met
otr. te Vlaardinger-Ambacht op 12 nov 1644, tr. te Kethel op 4 dec 1644
met
Joris Cornelisz Suyderent (Zuiderend), tr. met
Joris Cornelisz Suyderent (Zuiderend)
in
Kwartierstaat van Arie Roobol
Kwartierstaat van Daniël Anthonie Heynsius
Kwartierstaat van drs. Kees (Cornelis) van Spronsen
Kwartierstaat van ir Cees (Cornelis Jorden) Hagenbeek
Kwartierstaat van mr Marinus Pannevis
Kwartierstaat van Olga Broersma
Joris Cornelisz Suyderent (Zuiderend).
otr. te Vlaardinger-Ambacht op 12 nov 1644, tr. te Kethel op 4 dec 1644
met
Dieuwertje Pietersdr Poot, dr. van Pieter Pietersz Poot en Martijntje Cornelisdr Verhouck, geb. te Kethel en Spaland in 1616, ovl. te Schipluiden tussen 22 nov 1674 en 20 sep 1682, tr. met
Annitgen Pietersdr Poot
in
Kwartierstaat van Arie Roobol
Kwartierstaat van Daniël Anthonie Heynsius
Kwartierstaat van drs. Kees (Cornelis) van Spronsen
Kwartierstaat van ir Cees (Cornelis Jorden) Hagenbeek
Kwartierstaat van mr Marinus Pannevis
Kwartierstaat van Olga Broersma
Annitgen Pietersdr Poot, geb. te Spaland circa 1618.
- Vader:
Pieter Pietersz Poot, zn. van Pieter Pietersz Poot (bouwman te Vlaardinger Ambacht) en Lijsbeth Huibrechtsdr van Adrichem (waardinne in Bleskensgraaf te Kethel), geb. te Vlaardingen circa 1577, bouwman aan de Harreweg te te Kethel, bouwman te te Spaland, schepen van Spaland, 1613, 1615-1617, 1626, 1629, 1633-1640, woonde aan de Kethelweg te te Vlaardinger-Ambacht circa 1577, boedelscheiding op 6 nov 1665, ovl. te Kethel op 28 dec 1640, tr. te Vlaardingen voor 3 mei 1603 met
Dirck Pietersz Poot
in
Kwartierstaat van Arie Roobol
Kwartierstaat van Daniël Anthonie Heynsius
Kwartierstaat van drs. Kees (Cornelis) van Spronsen
Kwartierstaat van ir Cees (Cornelis Jorden) Hagenbeek
Kwartierstaat van mr Marinus Pannevis
Kwartierstaat van Olga Broersma
Dirck Pietersz Poot, geb. te Spaland circa 1618, bouwman te Kethel, begr. te Vlaardingen op 13 apr 1682.
- Vader:
Pieter Pietersz Poot, zn. van Pieter Pietersz Poot (bouwman te Vlaardinger Ambacht) en Lijsbeth Huibrechtsdr van Adrichem (waardinne in Bleskensgraaf te Kethel), geb. te Vlaardingen circa 1577, bouwman aan de Harreweg te te Kethel, bouwman te te Spaland, schepen van Spaland, 1613, 1615-1617, 1626, 1629, 1633-1640, woonde aan de Kethelweg te te Vlaardinger-Ambacht circa 1577, boedelscheiding op 6 nov 1665, ovl. te Kethel op 28 dec 1640, tr. te Vlaardingen voor 3 mei 1603 met
tr. te Delft (Abtswoude) op 27 aug 1647, kerk.huw. te Delft (Abtswoude) op 10 aug 1647
met
Maartje (Maritgen) Jacobsdr, tr. met
Maritgen Jacobsdr
in
Kwartierstaat van Arie Roobol
Kwartierstaat van Daniël Anthonie Heynsius
Kwartierstaat van drs. Kees (Cornelis) van Spronsen
Kwartierstaat van ir Cees (Cornelis Jorden) Hagenbeek
Kwartierstaat van mr Marinus Pannevis
Kwartierstaat van Olga Broersma
Maartje (Maritgen) Jacobsdr.
tr. te Delft (Abtswoude) op 27 aug 1647, kerk.huw. te Delft (Abtswoude) op 10 aug 1647
met
Dirck Pietersz Poot, zn. van Pieter Pietersz Poot en Martijntje Cornelisdr Verhouck, geb. te Spaland circa 1618, bouwman te Kethel, begr. te Vlaardingen op 13 apr 1682, tr. met
Symon Pietersz Poot
in
Kwartierstaat van Arie Roobol
Kwartierstaat van Daniël Anthonie Heynsius
Kwartierstaat van drs. Kees (Cornelis) van Spronsen
Kwartierstaat van ir Cees (Cornelis Jorden) Hagenbeek
Kwartierstaat van mr Marinus Pannevis
Kwartierstaat van Olga Broersma
Symon Pietersz Poot, geb. te Spaland circa 1620, bouwman te Schipluiden, ovl. te Schipluiden na 1680.
- Vader:
Pieter Pietersz Poot, zn. van Pieter Pietersz Poot (bouwman te Vlaardinger Ambacht) en Lijsbeth Huibrechtsdr van Adrichem (waardinne in Bleskensgraaf te Kethel), geb. te Vlaardingen circa 1577, bouwman aan de Harreweg te te Kethel, bouwman te te Spaland, schepen van Spaland, 1613, 1615-1617, 1626, 1629, 1633-1640, woonde aan de Kethelweg te te Vlaardinger-Ambacht circa 1577, boedelscheiding op 6 nov 1665, ovl. te Kethel op 28 dec 1640, tr. te Vlaardingen voor 3 mei 1603 met
Pieter Pieterszn Poot
in
Kwartierstaat van Ada (Adriana Trijntje) Zoutendijk
Kwartierstaat van Arie Roobol
Kwartierstaat van Daniël Anthonie Heynsius
Kwartierstaat van drs. Kees (Cornelis) van Spronsen
Kwartierstaat van ir Cees (Cornelis Jorden) Hagenbeek
Kwartierstaat van mr Marinus Pannevis
Kwartierstaat van Olga Broersma
Pieter Pieterszn Poot, geb. voor 1530, bouwman in Vlaardinger-Ambacht en Kethel in 1555, ovl. na 1555.
Pieter Pieterszn Poot.
bron: Tiende penning.
relatie
met
Leentje (Neeltje) Ariensdr, relatie met
Uit deze relatie een zoon:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Pieter | *1550 | vermoedelijk Kethel | †1580 | Kethel | 30 | 1 | 2 |
Heinrich (II) Hannis ingen Hof
in
Kwartierstaat van ir Cees (Cornelis Jorden) Hagenbeek
Parenteel van Heer Rudolphus von Hagenbeck
Heinrich (II) Hannis ingen Hof (Henrik ingen Hove, Ingenhoff, ingen Haeff) Schult zu Beeck, geb. te Alsum [Duitsland] in 1525, seit 1959 Schulte und Hofesrichter zu Beeck, ovl. circa 1587.
Heinrich (II) Hannis ingen Hof Schult zu Beeck.
Heinrich war fast drei Jahrzehnte lang als Beecker Schulte und Hofesrichter im Amt. Zuvor hatte er den Hof Beeck übernommen. Dazu war damals einiges Kapital erforderlich. Wie aus dem am 8. Februar 1559 durch die Essener Äbtissin Catharina Tecklenburg für Heinrich Hannis und Frau ausgestellten Gewinnbrief ersichtlich ist, musste der neue Schulte die Hofesgebäude auf eigene Kosten vollständig neu aufrichten. Der Hof war "an seiner Behäusung, seinen Scheunen, Zäunen und aller Notdurft ganz und zumal heruntergekommen und zu Boden verfallen", also unbewohnbar.
Die Urkunde vermerkt auch, dass Heinrich zeitlebens das Amt des Hofesschulten und die Funktion des Hofesrichters ausüben solle.
Als Entgelt für die Nutzung des Oberhofes Beeck und der damit verbundenen Zehntgerechtigkeit waren jährlich 80 Joachinstaler zu entrichten.
Alsbald nachdem Heinrich den Hof übernommen hatte, machte ihm das Kloster Hamborn die dortige Jagdgerechtigkeit streitig. Der Streit dauerte bis 1567. Das Kloster Hamborn konnte sich nicht durchsetzen.
1566 erwarb Heinrich als "Zuschlag" aus der Marxloher Mark das Gut Kreyenpoth, zu dem umgerechnet etwa 24 preußische Morgen Land gehörten (Franz Rommel, Schulte Marxloh, Oldenburg 1959, S.307f).
Nachdem Heinrich Hannis auf dem Oberhof Beeck saß, nannten er und seine Nachkommen sich "Hannis ingen Hof".
1551 Schult zu Beeck.
tr. tussen 1552 en 1553
met
Paula von Hanxleden (Powel von Hantzeler) (Hanseler), dr. van Wilhelm von Hanxleden (Burggraf auf Haus Knipp) en Katharina , geb. te Beeck [Duitsland] circa 1532, ovl. na 1574, tr. met
Uit dit huwelijk 5 kinderen:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Evert | *1560 | Alsum [Duitsland] | †1605 | | 45 | 1 | 1 |
2 | Wilhelm | *1556 | Alsum [Duitsland] | †1600 | | 44 | 1 | 0 |
3 | Godert | *1552 | Alsum [Duitsland] | †1612 | | 60 | 1 | 0 |
4 | Irmgard | *1552 | Alsum [Duitsland] | †1620 | | 68 | 1 | 0 |
5 | Katharina | *1574 | Beeck [Duitsland] | †1609 | Beeck [Duitsland] | 34 | 1 | 3 |
Evert (I) Hannis
in
Kwartierstaat van ir Cees (Cornelis Jorden) Hagenbeek
Parenteel van Heer Rudolphus von Hagenbeck
Evert (I) (Eberhard, Erbert) Hannis (Eberdt Hannes, Hanessen, Evert), ovl. tussen 1576 en 1577.
Evert (I) Hannis.
Evert Hannis gelangte in wenigen Jahrzehnten zu einem Einfluss, der weit über den Rahmen des Ortsüblichen hinausgeht, so dass man (laut Rommel) im Geschlecht Hannis eine klevische Ministerialen- oder Dienstmannenfamilie erblicken möchte.
Am 3. Oktober 1530 erwirbt er von der Witwe Isselmann das gleichnamige Gut. Es war vom Kloster Hamborn gewinnrührig. Die Zeugenliste des Kaufvertrages nennt Namen, die unverkennbar auf die Stellung des Käufers als eines Klevischen Ministerialen hindeuten. Aufgeführt ist nicht nur der Grundherr, der Hamborner Abt Wilhelm von Wyenhorst. Als Zeugen fungieren der Erbmarschall des Landes Kleve und Droste von Dinslaken, Elbert von Palant, dann der Rentmeister des Landes Dinslaken, Wilhelm dey Joede und endlich der damalige Lehnsinhaber von Temminghoven, Johann van der Eyck.
Im Jahre 1548 nennt das Hamborner Behandigungsbuch Evert Hannis auch als Besitzer des Schlagregengutes zu Bruckhausen. 1560 kommen zwei weitere Güter in Bruckhausen und Marxloh zum "Eigenerbe" des Evert Hannis hinzu: die Bükershufe und die Hufe zur Mühl (Kleinmühl). Am 14. Juli 1561 vermerkt das Beecker Hofgerichtsprotokoll die Behandigung für Eberhardten Hannes und Frau Griete. In Bruckhausen erwarb er 1567/68 noch die Wewershufe.
Durch den umfangreichen Grundbesitz des Evert waren die Voraussetzungen geschaffen, dass sein einziger Sohn Heinrich 1559 den Beecker Schultenhof übernehmen konnte. Gelegentlich hat Evert seinen Sohn als Hofesrichter vertreten. So am 8. Dezember 1562: "Eberdt Hannis, Statthalter von wegen seines Sohnes Hinrich Hannis, Hofesrichter" (Franz Rommel, Schulte Marxloh, Oldenburg 1959, S.307f).
tr. voor 1525
met
Magarethe (Griete) , ovl. circa 1570, tr. met
Uit dit huwelijk een zoon:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Heinrich | *1525 | Alsum [Duitsland] | †1587 | | 62 | 1 | 5 |
Heinrich (I) Hannis
in
Kwartierstaat van ir Cees (Cornelis Jorden) Hagenbeek
Heinrich (I) Hannis (Hinrick Hannis zu Alsum), 1484 behandigt, ovl. voor 1530.
Heinrich (I) Hannis.
Heinrich und seine Frau Lysken werden am 23. April 1484 vom Kloster Hamborn mit einem in Alsum gelegenen Gut behandigt. In der Folgezeit hieß das Gut nach dem Aufsitzer Hannisgut (Franz Rommel, Schulte Marxloh, Oldenburg 1959, S.307f).
tr. voor 1484
met
Elisabeth (Lysken) , tr. met
Uit dit huwelijk een zoon:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Evert | | | †1576 | | | 1 | 1 |
Elisabeth
in
Kwartierstaat van ir Cees (Cornelis Jorden) Hagenbeek
Elisabeth (Lysken) .
tr. voor 1484
met
Heinrich (I) Hannis (Hinrick Hannis zu Alsum), 1484 behandigt, ovl. voor 1530, tr. met
Heinrich (I) Hannis.
Heinrich und seine Frau Lysken werden am 23. April 1484 vom Kloster Hamborn mit einem in Alsum gelegenen Gut behandigt. In der Folgezeit hieß das Gut nach dem Aufsitzer Hannisgut (Franz Rommel, Schulte Marxloh, Oldenburg 1959, S.307f).
Uit dit huwelijk een zoon:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Evert | | | †1576 | | | 1 | 1 |
Magarethe
in
Kwartierstaat van ir Cees (Cornelis Jorden) Hagenbeek
Parenteel van Heer Rudolphus von Hagenbeck
Magarethe (Griete) , ovl. circa 1570.
tr. voor 1525
met
Evert (I) (Eberhard, Erbert) Hannis (Eberdt Hannes, Hanessen, Evert), zn. van Heinrich (I) Hannis en Elisabeth , ovl. tussen 1576 en 1577, tr. met
Evert (I) Hannis.
Evert Hannis gelangte in wenigen Jahrzehnten zu einem Einfluss, der weit über den Rahmen des Ortsüblichen hinausgeht, so dass man (laut Rommel) im Geschlecht Hannis eine klevische Ministerialen- oder Dienstmannenfamilie erblicken möchte.
Am 3. Oktober 1530 erwirbt er von der Witwe Isselmann das gleichnamige Gut. Es war vom Kloster Hamborn gewinnrührig. Die Zeugenliste des Kaufvertrages nennt Namen, die unverkennbar auf die Stellung des Käufers als eines Klevischen Ministerialen hindeuten. Aufgeführt ist nicht nur der Grundherr, der Hamborner Abt Wilhelm von Wyenhorst. Als Zeugen fungieren der Erbmarschall des Landes Kleve und Droste von Dinslaken, Elbert von Palant, dann der Rentmeister des Landes Dinslaken, Wilhelm dey Joede und endlich der damalige Lehnsinhaber von Temminghoven, Johann van der Eyck.
Im Jahre 1548 nennt das Hamborner Behandigungsbuch Evert Hannis auch als Besitzer des Schlagregengutes zu Bruckhausen. 1560 kommen zwei weitere Güter in Bruckhausen und Marxloh zum "Eigenerbe" des Evert Hannis hinzu: die Bükershufe und die Hufe zur Mühl (Kleinmühl). Am 14. Juli 1561 vermerkt das Beecker Hofgerichtsprotokoll die Behandigung für Eberhardten Hannes und Frau Griete. In Bruckhausen erwarb er 1567/68 noch die Wewershufe.
Durch den umfangreichen Grundbesitz des Evert waren die Voraussetzungen geschaffen, dass sein einziger Sohn Heinrich 1559 den Beecker Schultenhof übernehmen konnte. Gelegentlich hat Evert seinen Sohn als Hofesrichter vertreten. So am 8. Dezember 1562: "Eberdt Hannis, Statthalter von wegen seines Sohnes Hinrich Hannis, Hofesrichter" (Franz Rommel, Schulte Marxloh, Oldenburg 1959, S.307f).
Uit dit huwelijk een zoon:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Heinrich | *1525 | Alsum [Duitsland] | †1587 | | 62 | 1 | 5 |
Paula von Hanxleden
in
Kwartierstaat van ir Cees (Cornelis Jorden) Hagenbeek
Parenteel van Heer Rudolphus von Hagenbeck
Paula von Hanxleden (Powel von Hantzeler) (Hanseler), geb. te Beeck [Duitsland] circa 1532, ovl. na 1574.
tr. tussen 1552 en 1553
met
Heinrich (II) Hannis ingen Hof (Henrik ingen Hove, Ingenhoff, ingen Haeff) Schult zu Beeck, zn. van Evert (I) Hannis en Magarethe , geb. te Alsum [Duitsland] in 1525, seit 1959 Schulte und Hofesrichter zu Beeck, ovl. circa 1587, tr. met
Heinrich (II) Hannis ingen Hof Schult zu Beeck.
Heinrich war fast drei Jahrzehnte lang als Beecker Schulte und Hofesrichter im Amt. Zuvor hatte er den Hof Beeck übernommen. Dazu war damals einiges Kapital erforderlich. Wie aus dem am 8. Februar 1559 durch die Essener Äbtissin Catharina Tecklenburg für Heinrich Hannis und Frau ausgestellten Gewinnbrief ersichtlich ist, musste der neue Schulte die Hofesgebäude auf eigene Kosten vollständig neu aufrichten. Der Hof war "an seiner Behäusung, seinen Scheunen, Zäunen und aller Notdurft ganz und zumal heruntergekommen und zu Boden verfallen", also unbewohnbar.
Die Urkunde vermerkt auch, dass Heinrich zeitlebens das Amt des Hofesschulten und die Funktion des Hofesrichters ausüben solle.
Als Entgelt für die Nutzung des Oberhofes Beeck und der damit verbundenen Zehntgerechtigkeit waren jährlich 80 Joachinstaler zu entrichten.
Alsbald nachdem Heinrich den Hof übernommen hatte, machte ihm das Kloster Hamborn die dortige Jagdgerechtigkeit streitig. Der Streit dauerte bis 1567. Das Kloster Hamborn konnte sich nicht durchsetzen.
1566 erwarb Heinrich als "Zuschlag" aus der Marxloher Mark das Gut Kreyenpoth, zu dem umgerechnet etwa 24 preußische Morgen Land gehörten (Franz Rommel, Schulte Marxloh, Oldenburg 1959, S.307f).
Nachdem Heinrich Hannis auf dem Oberhof Beeck saß, nannten er und seine Nachkommen sich "Hannis ingen Hof".
1551 Schult zu Beeck.
Uit dit huwelijk 5 kinderen:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Evert | *1560 | Alsum [Duitsland] | †1605 | | 45 | 1 | 1 |
2 | Wilhelm | *1556 | Alsum [Duitsland] | †1600 | | 44 | 1 | 0 |
3 | Godert | *1552 | Alsum [Duitsland] | †1612 | | 60 | 1 | 0 |
4 | Irmgard | *1552 | Alsum [Duitsland] | †1620 | | 68 | 1 | 0 |
5 | Katharina | *1574 | Beeck [Duitsland] | †1609 | Beeck [Duitsland] | 34 | 1 | 3 |
Wilhelm von Hanxleden
in
Kwartierstaat van ir Cees (Cornelis Jorden) Hagenbeek
Parenteel van Heer Rudolphus von Hagenbeck
Wilhelm von Hanxleden (Wyllem van Hantzeler, Hanseler), Burggraf auf Haus Knipp, ovl. in 1561.
Wilhelm von Hanxleden.
Burggraf auf Haus Knipp (1548).
Natürlicher Sohn (= Bastard) von Konrad von Hanxlede.
In einer Beecker Schöffenunkunde von 1548, ohne Datum, wird Wilhelm, natürlicher Sohn van Hanxlede genannt.
In der Hamborner Mark hatte Wilhelm von Hanxlede mit einem Anteil an der so genannten Pagenwiese Besitz erworben. Kurz vor seinem Tod war beim Beecker Hofesgericht ein Ermittlungsverfahren anhängig, das die Besitzrechte klären sollte.
Am 17. März 1561 ließ Wilhelm von Hanseler seinen Rechtsstandpunkt durch einen Bevollmächtigten darlegen. Beim nächsten Gerichtstag am 8. September 1561 wird Tryn, nachgelassene Wittib des Wylhelm van Hanseler genannt. 1562 gingen die Anrechte an der Pagenwiese an seinen Schwiegersohn Heinrich Hannis ingen Hof (Franz Rommel, Schulte-Marxloh, Oldenburg.
- Vader:
Konrad von (Kurt, Coert, Coirt, Conrat) Hanxleden (Conraidt van Hanxlede, van Hantzeler, van Hanseler), zn. van Johan (IV) von Hanxleden en Elisabeth von Heyden, Richter und Hofesrichter zu Beeck, Mitinhaber von Haus Knipp, ovl. in 1531, uit dit huwelijk 3 kinderen, tr. te Beeck [Duitsland] voor 1505 met
tr. te Beeck [Duitsland] voor 1532
met
Katharina (Tryn) , tr. met
Uit dit huwelijk 2 kinderen:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Paula | *1532 | Beeck [Duitsland] | †1574 | | 42 | 1 | 5 |
2 | Ludwig | | | | | | 0 | 0 |
Katharina Hannis
in
Kwartierstaat van ir Cees (Cornelis Jorden) Hagenbeek
Parenteel van Heer Rudolphus von Hagenbeck
Katharina Hannis, geb. te Beeck [Duitsland] voor 1574, ovl. te Beeck [Duitsland] voor mrt 1609.
tr. te Beeck [Duitsland] circa 1592
met
Eberhard (II) (Evert) Scherer, zn. van Wennemar(I) Scherer en Anna Breyman, geb. te Alsum [Duitsland] in 1575, Bauer, ovl. te Beeck [Duitsland] circa 1617, tr. (2) circa 1610 met Margarethe Schulte Laar. Uit dit huwelijk 2 zonen, tr. (1) met
Uit dit huwelijk 3 kinderen, waaronder:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Albert | *1598 | Alsum [Duitsland] | 1664 | Beeck [Duitsland] | 65 | 1 | 6 |
Eberhard (II) Scherer
in
Kwartierstaat van ir Cees (Cornelis Jorden) Hagenbeek
Parenteel van Heer Rudolphus von Hagenbeck
Eberhard (II) (Evert) Scherer, geb. te Alsum [Duitsland] in 1575, Bauer, ovl. te Beeck [Duitsland] circa 1617.
tr. (1) te Beeck [Duitsland] circa 1592
met
Katharina Hannis, dr. van Heinrich (II) Hannis ingen Hof Schult zu Beeck en Paula von Hanxleden (Hanseler), geb. te Beeck [Duitsland] voor 1574, ovl. te Beeck [Duitsland] voor mrt 1609, tr. met
Uit dit huwelijk 3 kinderen, waaronder:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Albert | *1598 | Alsum [Duitsland] | 1664 | Beeck [Duitsland] | 65 | 1 | 6 |
tr. (2) circa 1610
met
Margarethe Schulte Laar, tr. met
Uit dit huwelijk 2 zonen:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Wennemar | | | †1669 | | | 1 | 0 |
2 | Johann | | | | | | 0 | 0 |
N Großeicken
in
Kwartierstaat van ir Cees (Cornelis Jorden) Hagenbeek
N Großeicken.
Hij krijgt een zoon:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Arndt | | | †1587 | | | 1 | 1 |