Website van Cees Hagenbeek
Jeremias Maljé
in
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek

Jeremias Maljé (Maillié, Malje, Maljè, Malgie, Maillée), geb. circa 1655, ovl. voor dec 1711.

otr. Leiden (Waalse Kerk) op 28 apr 1679 (getuige: zijn halfbroer en haar zwager Abraham Maljé, broer in de Fockersteech), tr.
met

Marya Hecklem (Hecclem, Hacclain, Aanbeeld: Aambeeld, Aanbeelt: Aanmbeelt, Aanbelt, Aanbeld, Aenbeelt), ovl. na 1733, otr. (2) Leiden op 5 dec 1711, tr. met Jacob van den Bosch. Uit dit huwelijk geen kinderen.

Uit dit huwelijk 11 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Jeanne~1681 Leiden (Waalse Kerk)    
Abraham~1692 Leiden (Hooglandse Kerk)    
Suzanne~1687 Leiden (Waalse Kerk)    
Pieter~1695 Leiden (Pieterskerk)    


Marya Hecklem
in
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek

Marya Hecklem (Hecclem, Hacclain, Aanbeeld: Aambeeld, Aanbeelt: Aanmbeelt, Aanbelt, Aanbeld, Aenbeelt), ovl. na 1733.

otr. (1) Leiden (Waalse Kerk) op 28 apr 1679 (getuige: zijn halfbroer en haar zwager Abraham Maljé, broer in de Fockersteech), tr.
met

Jeremias Maljé (Maillié, Malje, Maljè, Malgie, Maillée), zn. van François Maillet (schoenlapper) en Pasque Laurent (Leuran), geb. circa 1655, ovl. voor dec 1711.

Uit dit huwelijk 11 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Jeanne~1681 Leiden (Waalse Kerk)    
Abraham~1692 Leiden (Hooglandse Kerk)    
Suzanne~1687 Leiden (Waalse Kerk)    
Pieter~1695 Leiden (Pieterskerk)    

otr. (2) Leiden op 5 dec 1711, tr.
met

Jacob van den Bosch


Margriete Mortier
Margriete Mortier.

otr. Leiden (Waalse Kerk) op 25 feb 1677, tr.
met

Abraham Maljé, zn. van François Maillet (schoenlapper) en Madeleine Cornille, geb. circa 1652, wolkammer, ondertrouw getuige van zijn halfbroer Jeremias Maljé en zijn schoonzuster Marya Hecklem Leiden (Waalse Kerk) op 28 apr 1679, ovl. voor 1681


Susanne Maljé
in
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek

Susanne Maljé, ged. Leiden (Waalse Kerk) op 22 sep 1647 (getuige: Jeanne de la Noij).

tr.
met

Jaecq Pottou (Potteau, Potteaux, Poetou)


Jaecq Pottou
Jaecq Pottou (Potteau, Potteaux, Poetou).

tr.
met

Susanne Maljé, dr. van François Maillet (schoenlapper) en Madeleine Cornille, ged. Leiden (Waalse Kerk) op 22 sep 1647 (getuige: Jeanne de la Noij)


Gijsbert II Both van der Eem
in
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek
Kwartierstaat van Jacoline van Dijk
Kwartierstaat van Lourens de Groot
Kwartierstaat van Marinus Pannevis

Gijsbert II Both van der Eem1, geb. voor 1270, ovl. circa 1310,
, de wapens worden beschreven door Büchel als kwartierwapens van hun zoon. De naam van de moeder (spitsruiten-wapen) wordt niet genoemd. Het wapen zelf wordt wel beschreven in het wapenboek van Gelre als afkomstig van Arnold, heer van Stein. Hij is ook de eerste die effectief met de titel "heer van de Eem" wordt aangeduidt. Echter uit het feit dat zijn voorvaderen (1242) al werden vermeld als "dictus die Ema", wat betekent "gezegd van der Eem", verwijst naar het feit dat ook zij toen al heren van de Eem waren. Hij staat in 1275 bekend als een vermogend man. In 1284 staat hij samen met Gijsbrecht Bokel borg voor de heren van Amstel. Waarschijnlijk is hij in of (vlak?) voor 1310 overleden omdat toen zijn (onmondige) zoon Gijsbrecht voor de eerste keer vermeld wordt.

tr. (1)
met

Johanna van Stein.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Gijsbert*1291  †1344  52

tr. (2)
met

Hubert van Bosichem.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Gerwig     



Bronnen:
1.Floris V, een politieke moord in 1296 (B 207), Prof. dr. E.H.P. Cordfunke, Walburg Pers, Zutphen, 2011 (blz. 71)


Johanna van Stein
in
Kwartierstaat van Jacoline van Dijk
Kwartierstaat van Lourens de Groot
Kwartierstaat van Marinus Pannevis

Johanna van Stein.

tr.
met

Gijsbert II Both van der Eem1, zn. van Hendrick Nicolaasz van Both van der Eem en Baerte Hermansdr van Woerden, geb. voor 1270, ovl. circa 1310,
, de wapens worden beschreven door Büchel als kwartierwapens van hun zoon. De naam van de moeder (spitsruiten-wapen) wordt niet genoemd. Het wapen zelf wordt wel beschreven in het wapenboek van Gelre als afkomstig van Arnold, heer van Stein. Hij is ook de eerste die effectief met de titel "heer van de Eem" wordt aangeduidt. Echter uit het feit dat zijn voorvaderen (1242) al werden vermeld als "dictus die Ema", wat betekent "gezegd van der Eem", verwijst naar het feit dat ook zij toen al heren van de Eem waren. Hij staat in 1275 bekend als een vermogend man. In 1284 staat hij samen met Gijsbrecht Bokel borg voor de heren van Amstel. Waarschijnlijk is hij in of (vlak?) voor 1310 overleden omdat toen zijn (onmondige) zoon Gijsbrecht voor de eerste keer vermeld wordt, tr. (2) met Hubert van Bosichem. Uit dit huwelijk een dochter.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Gijsbert*1291  †1344  52



Bronnen:
1.Floris V, een politieke moord in 1296 (B 207), Prof. dr. E.H.P. Cordfunke, Walburg Pers, Zutphen, 2011 (blz. 71)


Antonius Reindrik
in
Kwartierstaat van Fred Spaans
Parenteel van Juckes de Geest.

Antonius Reindrik, ged. Leeuwarden op 16 feb 1715,
, de doopheffer is in plaats van Wibrandus de Geest.



Bronnen:
1.Notariele akte Utrecht (Notar 381), Utrechts Arcief, Not. Archief, nr. U142a2-91 en 94, J. Both, Utrecht, 1713 (18 jul 1713)


Uta von Ballenstedt
in
Kwartierstaat van Ans Karstens
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek
Kwartierstaat van Fred Spaans
Kwartierstaat van Lourens de Groot

Uta von Ballenstedt.

tr.
met

Ekkehard II Markgraf von Meissen, zn. van Ekkehard I von Meisen (markgraaf van Meissen) en Swanhilde Markgräfin Billung von Saksen (Markgräfin der Nordmark, Markgräfin von Meißen), ovl. tussen 24 jan 1046 en 24 feb 1046 ,
, Graf im Gau Chutici und im Burgward Teuchern, 1008/1009 mit dem Bruder bei der Eroberung der Altenburg. 1013 mit Werner v.Walbeck zu Boleslaw Chobry. Vorladung vor den Kaiser. Nach Nichterscheinung Ächtung und Vermögenseinzug. Wird viel später auf getreue Fürsprache wieder in Gnaden angenommen. 1016/1017 Streit mit dem Bischof v.Merseburg um einen Forst bei Rochlitz und Gewaltaktionen Ekkehards. 7.9.1024 mit dem Bruder bei der Wahl König Konrads. Von da ab wiederholt in der Umgebung des Königs. Ostern 1027 bei der Kaiserkrönung in Rom. 1028 Zeuge bei der Schenkung der naumburg an den Bischof v.Zeitz. 1031/1032 Markgraf. 1034 lässt er Dietrich, den Markgrafen der Ostmark ermorden. Markgraf der Niederlausitz. Pfingsten 1036 auf dem Fürstentag zu Bamberg Mitrichter über Adalbero v.Kärnten. Wird Vertrauter des Kaisers, auch seines Sohnes Heinrich III, der ihn,unser geliebten Markgraf, unseren Lieben und Getreuen'' und sogar,unseren getreuesten Getreuen, dem Wir keinen Wunsch versagen können''. Lampert berichtet:,1046 ging Markgraf Ekkehard unerwartet an innerer Erstickung zugrunde'' Vermacht sein Erbe an den König


Ekkehard II von Meissen
in
Kwartierstaat van Ans Karstens
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek
Kwartierstaat van Fred Spaans
Kwartierstaat van Lourens de Groot
Kwartierstaat van Marinus Pannevis

Ekkehard II Markgraf von Meissen, ovl. tussen 24 jan 1046 en 24 feb 1046 ,
, Graf im Gau Chutici und im Burgward Teuchern, 1008/1009 mit dem Bruder bei der Eroberung der Altenburg. 1013 mit Werner v.Walbeck zu Boleslaw Chobry. Vorladung vor den Kaiser. Nach Nichterscheinung Ächtung und Vermögenseinzug. Wird viel später auf getreue Fürsprache wieder in Gnaden angenommen. 1016/1017 Streit mit dem Bischof v.Merseburg um einen Forst bei Rochlitz und Gewaltaktionen Ekkehards. 7.9.1024 mit dem Bruder bei der Wahl König Konrads. Von da ab wiederholt in der Umgebung des Königs. Ostern 1027 bei der Kaiserkrönung in Rom. 1028 Zeuge bei der Schenkung der naumburg an den Bischof v.Zeitz. 1031/1032 Markgraf. 1034 lässt er Dietrich, den Markgrafen der Ostmark ermorden. Markgraf der Niederlausitz. Pfingsten 1036 auf dem Fürstentag zu Bamberg Mitrichter über Adalbero v.Kärnten. Wird Vertrauter des Kaisers, auch seines Sohnes Heinrich III, der ihn,unser geliebten Markgraf, unseren Lieben und Getreuen'' und sogar,unseren getreuesten Getreuen, dem Wir keinen Wunsch versagen können''. Lampert berichtet:,1046 ging Markgraf Ekkehard unerwartet an innerer Erstickung zugrunde'' Vermacht sein Erbe an den König.

  • Moeder:
    Swanhilde (Suanahild) Markgräfin Billung von Saksen, dr. van Herman Billung hertog van Saksen en Oda von Stade, Markgräfin der Nordmark, Markgräfin von Meißen, ovl. op 26 nov 1014, begr. Kloster Jena [Duitsland] beide nach 1028 Naumburg Georgskirche,
    , es handele sich in jenem Gero vielmehr um den  gleichnamigen Sohn des Markgrafen Thietmar und der Suanhilde (einer Tochter Hermann Billungs), welcher im Jahre 1015 starb und seinen angeblichen Schwestern (Imma und Frederuna) bei der Schenkung zur Seite gestanden habe [2 Heinemann, Markgraf Gero, Seite 152 Anmerkung 260. Den Tod jenes späteren Gero bei Thietmar VII, 21 Seite 422. Hoogeweg, Stifter und Klöster Niedersachsens Seite 74 gibt an, daß Kemnade durch Markgraf Gero und seine Schwestern Frederuna und Imma gestiftet sei, eine ebenso unbegründete These wie die Heinemanns.]. Heinemann behauptet dies, ohne es irgendwie an Hand von Quellen näher zu begründen, und wir dürfen uns ihm umsoweniger anschließen, als unter den uns bekannten und in den Quellen angegebenen Kindern der Suanhilde weder Frederuna noch Imma genannt werden [3 Annalista Saxo zu 1002 und 1029 SS.VI. Seite 626 und 677; außerdem in Genealog. Wett. SS. XXIII, Seite 227 und Thietmar VIII, 1 Seite 492.]. Immerhin kann sein Einwand gegen die Identifizierung des urkundlich bezeugten Gero mit dem älteren Markgrafen Gero als berechtigt angesehen werden und könnte eventuell als Angriffspunkt gegen die Einordnung der Schwestern als Töchter Wichmanns des Älteren dienen, tr. (1) met Dietmar I von der Ostmark. Uit dit huwelijk een zoon.
 

tr.
met

Uta von Ballenstedt, dr. van Adalbert I Graf von Ballenstedt en Hidda (1)


Werner von Walbeck Markgraf von dem Nordmark
in
Kwartierstaat van Ans Karstens
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek
Kwartierstaat van Eunice Roos
Kwartierstaat van Fred Spaans
Kwartierstaat van Jacoline van Dijk
Kwartierstaat van Lourens de Groot
Kwartierstaat van Magda en Paul Breedveld
Kwartierstaat van Marinus Pannevis

Werner Graf von Walbeck Markgraf von dem Nordmark, ovl. op 11 nov 1014,
, 1003-1010 Markgraf der Nordmark, entsetzt.

tr.
met

Liutgard von Meissen, dr. van Ekkehard I von Meisen (markgraaf van Meissen) en Swanhilde Markgräfin Billung von Saksen (Markgräfin der Nordmark, Markgräfin von Meißen), geb. tussen 985 en 990, ovl. op 13 nov 1012,
, ca 985 verlobt mit Werner, v.988 der Vater untersagt die Heirat, 998 Werner entführt sie aus dem Stift Quedlinburg, muss sie wieder herausgeben, ?.1.999 zu Magdeburg barfuss erscheinen und um Verzeihung bitten


Liutgard von Meissen
in
Kwartierstaat van Ans Karstens
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek
Kwartierstaat van Fred Spaans
Kwartierstaat van Lourens de Groot
Kwartierstaat van Marinus Pannevis

Liutgard von Meissen, geb. tussen 985 en 990, ovl. op 13 nov 1012,
, ca 985 verlobt mit Werner, v.988 der Vater untersagt die Heirat, 998 Werner entführt sie aus dem Stift Quedlinburg, muss sie wieder herausgeben, ?.1.999 zu Magdeburg barfuss erscheinen und um Verzeihung bitten.

  • Moeder:
    Swanhilde (Suanahild) Markgräfin Billung von Saksen, dr. van Herman Billung hertog van Saksen en Oda von Stade, Markgräfin der Nordmark, Markgräfin von Meißen, ovl. op 26 nov 1014, begr. Kloster Jena [Duitsland] beide nach 1028 Naumburg Georgskirche,
    , es handele sich in jenem Gero vielmehr um den  gleichnamigen Sohn des Markgrafen Thietmar und der Suanhilde (einer Tochter Hermann Billungs), welcher im Jahre 1015 starb und seinen angeblichen Schwestern (Imma und Frederuna) bei der Schenkung zur Seite gestanden habe [2 Heinemann, Markgraf Gero, Seite 152 Anmerkung 260. Den Tod jenes späteren Gero bei Thietmar VII, 21 Seite 422. Hoogeweg, Stifter und Klöster Niedersachsens Seite 74 gibt an, daß Kemnade durch Markgraf Gero und seine Schwestern Frederuna und Imma gestiftet sei, eine ebenso unbegründete These wie die Heinemanns.]. Heinemann behauptet dies, ohne es irgendwie an Hand von Quellen näher zu begründen, und wir dürfen uns ihm umsoweniger anschließen, als unter den uns bekannten und in den Quellen angegebenen Kindern der Suanhilde weder Frederuna noch Imma genannt werden [3 Annalista Saxo zu 1002 und 1029 SS.VI. Seite 626 und 677; außerdem in Genealog. Wett. SS. XXIII, Seite 227 und Thietmar VIII, 1 Seite 492.]. Immerhin kann sein Einwand gegen die Identifizierung des urkundlich bezeugten Gero mit dem älteren Markgrafen Gero als berechtigt angesehen werden und könnte eventuell als Angriffspunkt gegen die Einordnung der Schwestern als Töchter Wichmanns des Älteren dienen, tr. (1) met Dietmar I von der Ostmark. Uit dit huwelijk een zoon.
 

tr.
met

Werner Graf von Walbeck Markgraf von dem Nordmark, zn. van Lothar III von Walbeck Markgraf von dem Nordmark (graaf) en Godilia van Rottenburg, ovl. op 11 nov 1014,
, 1003-1010 Markgraf der Nordmark, entsetzt


Derk van Hattum
in
Kwartierstaat van Fred Spaans

Derk van Hattum.

tr.
met

Derresken Hendriks (Derkje) van Aalst, dr. van Sander Hendricks van Aalst en Aartjen Hendriks, geb. Ressen op 2 okt 1735, 1.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Sander~1773 Herveld    



Bronnen:
1.Doopboek Ressen (D 249), Gelders Archief, DTB Ressen, 249/205, Ressen, van 1730 tot 1750 (2 okt 1735)


Roelandt Plomp
in
Parenteel van Jan Scharloo.

Roelandt Plomp, ged. Papendrecht op 8 okt 1769, oliemolenaar, ovl. Maasland op 31 mei 1826.

otr. op 15 sep 1791, tr. Dordrecht op 2 okt 1791
met

Johanna Aarnouts, geb. De Mijl, Crabbe en Nadort, ged. Dordrecht op 23 apr 1769.

Uit dit huwelijk 2 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Maaike*1800  †1889 Dubbeldam 89
Jan*1793 Dordrecht †1858 Dubbeldam 64


Johanna Aarnouts
in
Kwartierstaat van Fred Spaans
Parenteel van Jan Scharloo.

Johanna Aarnouts, geb. De Mijl, Crabbe en Nadort, ged. Dordrecht op 23 apr 1769.

otr. op 15 sep 1791, tr. Dordrecht op 2 okt 1791
met

Roelandt Plomp, ged. Papendrecht op 8 okt 1769, oliemolenaar, ovl. Maasland op 31 mei 1826.

Uit dit huwelijk 2 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Maaike*1800  †1889 Dubbeldam 89
Jan*1793 Dordrecht †1858 Dubbeldam 64


Nicolaas Florisz van Adrichem
in
Kwartierstaat van Ans Karstens
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek

Nicolaas Florisz van Adrichem, geb. circa 1300, ovl. in 1340,
, vermeld 1340.

tr.
met

Gertrudis van Diemen, geb. circa 1320, ovl. op 13 jul 1342


Gertrudis van Diemen
Gertrudis van Diemen, geb. circa 1320, ovl. op 13 jul 1342.

tr.
met

Nicolaas Florisz van Adrichem, zn. van Floris I van Scoten later van Adrichem (heer van de Doortoge, Zegwaard en Zevenhuizen) en Brechta van Rolland, geb. circa 1300, ovl. in 1340,
, vermeld 1340

Florentius Nicolaas van Adrichem
 
in
Kwartierstaat van Ans Karstens
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek

Florentius Nicolaas (Floris II) van Adrichem, geb. circa 1369, miles baljuw en rentmeester van de graaf van Bloys en hertog Albrecht, ovl. in 1427,
, wellicht stamt uit deze tak het geslacht van Adrichem. Zij voeren het wapen van Brederode, gebroken met een rad.

 

tr.
met

Lijsbeth Sijmonsdr van Zaenen1,2, dr. van Sijmon van Zaenen (schepen in Haarlem 1376) en Jutte Symons, geb. Beverwijk circa 1373, ovl. op 18 mei 1443,
, in 1396 bevestigd Albrecht van Beieren de lijftocht door Floris gemaakt aan zijn vrouw Lijsbeth Symonsdr van Zaenen. In 1429 werd Lijsbeth genoemd als 'weduwe Florys van Adrichem'
In 1411 wordt Lijsbeth beleend bij dode van haar vader met een Korentiende in Poeldijk en een smaltiende in Loosduinen van de Hofstad Egmont (dit leen blijft generaties lang in de familie tot deze tak uitsterft) HLK Inv 274/275 fol. 376) Ons Voorgeslacht 1976 pag 100 .
1429: Jacoba van Beieren bevestigt Lijsbeth van Saende in het ambacht van Akendam enz. (voor het eerst wordt zij hier als Florys weduwe van Adrichem genoemd ARA Holl Leenkamer 62 fol. Fol84vo); Destijds vallend onder het Baljuwschap Brederode
1431: Haarlem, Noord-Holland, Nederland
Invent I no 2145: Vidimus gegeven door Schepenen van Haarlem op 24 april 1437 van een schepenakte gedateerd St.Matheus Evangelist Ao 1431 "Lijsbeth Symonsdr van Zaenden, weduwe Florysvan Adrichem" met haar tweede echtgenoot Jan Hert met hare kinderen te weten: Symon van Adrichem, Florys van Adrichem, Claes van Adrichem, Jonge Symonvan Adrichem, de minderjarige Willem van Adrichem, voorts Jacob die Rode voor zijn vrouw Aleijt Florysdochter en tenslotte Jonge Symon van Adrichem voor zijn zuster Beatris Florysdr "soe Jacob hair man tot desertyt over bergen en dalle is"(spoorloos)
Elle est une fille de Symon van Zaenden et Jutte NN. Lijsbeth Symonsdr est décédée vers le 18-05-1443.
Note à propos de Lijsbeth Symonsdr:
En 1411, Lijsbeth est prêtée à la mort de son père avec un Korentiende à Poeldijk et un smaltiende à Loosduinen du HofstadEgmont (ce prêt reste dans la famille pendant des générations jusqu'à la disparition de cette branche) HLK Inv. 274/275 fol. 376) Nos ancêtres 1976 page 100
26 novembre 1422:
une note que Hertog Jan van Beieren a convenu à Lijsbeth van Adrichem Sijmonsdochtervan Zaenden de renoncer à son prêt sans demande entre celui-ci et Sint John's (Procès-verbal ARA 1422-1423 ducis Johannes Cas N. fol 65). Magazine général de la famille hollandaise, mai 1886
1429:
Jacoba van Beieren confirme Lijsbeth van Saende dans le métier d'Akendam, etc. (pour la première fois, elle est appelée ici la veuve de Flory van Adrichem ARA Holl Leenkamer 62 fol. Fol84vo); Inventaire I n ´ 2145:
Vidimus donné par Schepenen van Haarlem le 24 avril 1437 à partir d'un acte de transport daté du St. Matheus Evangelist Ao 1431 "Lijsbeth Symonsdr van Zaenden, veuve Florysvan Adrichem" avec son second mari Jan Hert avec ses enfants, notamment: Symon van Adrichem, Florys van Adrichem, Claes van Adrichem, le jeune Symonvan Adrichem, le mineur Willem van Adrichem, de plus Jacob meurent Rode pour son épouse Aleijt Florysdaughter et enfin Jonge Symon van Adrichem pour sa soeur Beatris Florysdr "soe Jacob homme des cheveux sur les montagnes et dalle est" (sans trace) Annuaire CBG 1964 page 147 et suivantes
Naissance
source "Genealogie Meeldijk" dans genealogieonline.nl: van Zaenden.

Uit dit huwelijk 8 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Claes*1390 Haarlem †1458  67
Willem*1420     



Bronnen:
1.Ons Voorgeslacht (OV 006), OV 006 (blz. 100)
2.CBG (CBG 005), Centraal Bureau voor Genealogie (blz. 147)


Hendrik van Hattum
in
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek

Hendrik van Hattum, ged. Dodewaard op 14 mei 1702, diaken van Hien en woont te Wely, ovl. Dodewaard op 5 mei 1776.

otr. Hien op 25 jun 1730, tr. Hien op 16 jul 1730
met

Grietje Derrekse, geb. Hien, ovl. voor 5 mei 1776.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Helena*1732 Marsch, kerspel Lienden †1766  33


Grietje Derrekse
in
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek

Grietje Derrekse, geb. Hien, ovl. voor 5 mei 1776.

otr. Hien op 25 jun 1730, tr. Hien op 16 jul 1730
met

Hendrik van Hattum, ged. Dodewaard op 14 mei 1702, diaken van Hien en woont te Wely, ovl. Dodewaard op 5 mei 1776.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Helena*1732 Marsch, kerspel Lienden †1766  33