Richenza van Rijswijk
in
Kwartierstaat van Ans Karstens
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek
Kwartierstaat van Magda en Paul Breedveld
Richenza van Rijswijk, geb. circa 1195, ovl. in 1238.- Vader:
Arnold (Arent) van Rijswijck van Teylingen, zn. van Willem I graaf van Theylingen van Brederode (vermeld 1174, derde graaf van Teylingen) en Agnieze van Bentheim, geb. circa 1176, ovl. in 1216,
, Arnold van Rijswijk 1198-1216 vervulde de grafelijke functie van 'dapifer' drost in de periode 1198/1201. Indien nu heer Arnold van Rijswijk ook de vader was van abt Lubbert I van Egmond en diens broer Dirk van Rijswijk dan valt ook een verdere conclusie te trekken, namelijk dat heer Arnold de schoonvader van Gerard van Egmond zal zijn geweest. Gerard heeft zijn oudste zoon Wouter naar zijn eigen vader vernoemd en de tweede zoon Arnold naar zijn schoonvader. Daarnaast heeft Gerard van Egmond zijn zoon Lubbert vernoemd naar diens oom abt Lubbert I van Egmond, en deze tevens voorbestemd voor een kerkelijke loopbaan. Dit laatste, vernoeming en bestemming, is namelijk een Middeleeuwse gewoonte die in veel families aan te treffen valt, tr. in 1194.
tr.
met
Hendrik van Amersfoort (Teijlingen), geb. circa 1180, ovl. in 1249.
Uit dit huwelijk een zoon:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Wouter | *1238 | | †1295 | | 57 | 2 | 3 |
>
Steven IV van Zuijlen van Anholt
|  |
in Kwartierstaat van Ans Karstens Kwartierstaat van Cees Hagenbeek Kwartierstaat van Magda en Paul Breedveld
Steven IV van Zuijlen van Anholt ridder, geb. Anholt, Isselburg [Duitsland] circa 1205, heer van Zuylen 1278-1299, Heer van Anholt-1299 (heer van Zuylen en Anholt) (ridder, heer van Sulen), ovl. op 3 jan 1300, , 1272 Ritter, Herr v. Zuylen u. Anholt, 1269 Burgmann zu Monzeburg. |
tr.
met
Hadewich van Wiltenborg, dr. van Frederik van Wiltenburg, geb. Utrecht in 1230, vrouwe van Wiltenbug, vermeld 1286, 288, 1297, ovl. in 1278.
Uit dit huwelijk 7 kinderen, waaronder:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Dirck | *1254 | Utrecht | †1304 | Zierikzee | 49 | 1 | 7 |
2 | Sophie | | | | | | 1 | 7 |
3 | Johan | | | | | | 1 | 1 |
4 | Sweder | *1250 | | †1304 | | 54 | 1 | 2 |
5 | Agnes | | | | | | 1 | 1 |
>
Cornelia Tannetje Elisabeth Jansen
in
Kwartierstaat van Magda en Paul Breedveld
Parenteel van Arndt Hagenbeck.
Parenteel van Heer Rudolphus von Hagenbeck.
Cornelia Tannetje Elisabeth Jansen, geb. Tholen op 24 nov 1899, apotheker, ovl. Rotterdam op 3 mrt 1994.tr. Rotterdam op 30 sep 1926
met
Arie Willem van Doorne, geb. Rotterdam op 7 jan 1896, ovl. aldaar op 29 sep 1980.
Uit dit huwelijk 2 kinderen, waaronder:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Pieter | *1933 | | | | | 1 | 3 |
>
Aleid van Buren
in
Kwartierstaat van Ans Karstens
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek
Kwartierstaat van Magda en Paul Breedveld
Aleid van Buren.tr.
met
Steven III van Zuijlen van Anholt, zn. van Steven II van Zuijlen van Anholt (heer van Zuylen en Anholt) en Henrica van Abcoude, geb. Kleef [Duitsland] in 1181, heer van Zuylen en Anholt, ovl. in 1249,
, Heer van Sweserengen, van Westbrouck en van Sulen en Anholt-1249, Hij krijgt geen kinderen.
Uit dit huwelijk een zoon:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Steven IV | *1205 | Anholt, Isselburg [Duitsland] | †1300 | | 94 | 1 | 7 |
>
Frederik van Wiltenburg
in
Kwartierstaat van Ans Karstens
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek
Kwartierstaat van Magda en Paul Breedveld
Frederik van Wiltenburg, geb. circa 1190.Hij krijgt een dochter:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Hadewich | *1230 | Utrecht | †1278 | | 48 | 1 | 7 |
>
Marina van Bentheim
in
Kwartierstaat van Ans Karstens
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek
Kwartierstaat van Magda en Paul Breedveld
Marina van Bentheim.tr. in 1220
met
Rycolt II van Ochten, zn. van Godfried van Ochten, geb. Ochten circa 1190, heer van Isendoorn, ovl. circa 1241,
, Graaf van de Betuwe-circa 1241, Heer van Ochten-circa 1241, tr. (1) circa 1225 met Jutta (Agnes) van Cuijck. Uit dit huwelijk een dochter.
Uit dit huwelijk een dochter:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Bertha | *1228 | | †1285 | Gorinchem | 57 | 1 | 2 |
>
Aleidis van Gent
in
Kwartierstaat van Ans Karstens
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek
Aleidis van Gent, geb. circa 1110, ovl. circa 1154,
, erfdochter van Gent.- Vader:
Zeger I van Gent, zn. van Wennemar van Gent (burggraaf van Gent) en Gisela van Guines, geb. circa 1090, opperbaljuw, ovl. circa 1122,
, burggraaf van Gent 1120-1122
Zeger [Seger] I van Gent wordt vermeld 1114 -1122. Hij is Burggraaf van Gent vanaf 1120. Volgens de Kronieken van de St.Baafsabdij bestond reeds in 940 een 'castrum', een kasteel op een eiland in de Leie, een zijstroom van de Schelde bij Gent. Het is daar waarschijnlijk gesticht om de aanvallen van de Noormannen te keren. Dit kasteel beheerste nagenoeg de gehele 'pagus Gandensis', het gebied van Gent en wijde omgeving. Tot dat gebied behoorden het Land van Waas en de streken van Aalst en Dendermonde. Ook de Vier Ambachten met hun hoofdplaatsen Assenede, Boechoute, Axel en Hulst. Deze vruchtbare kleistreken, aangewassen tegen het Land van Waas, maakten deel uit van de 'pagus Gandensis'. De Gentse kasteelheer, kastelein of burggraaf, zoals hij in de vroegste documenten reeds genoemd wordt, had aanvankelijk veel gezag. Hij werd daarom ook wel als 'vicecomes' (ondergraaf) omschreven. Onder zijn bevel stond de hele krijgsmacht van het Gentse gebied. Hij was ook 'opperbaljuw', de opperste eiser in strafzaken.
De tolheffing op openbare wegen en bevaarbare wateren was hem toevertrouwd. Hij legde belastingen in allerlei vorm op. Op zijn order werden door de ingezetenen 'herendiensten' verricht, gedwongen arbeid, vaak aan wallen en torens van burchten en versterkingen. Ondermeer door de bouw van het Gravensteen te Gent ca. 1180, trachtte de toenmalige graaf van Vlaanderen, Philips van de Elzas, de macht van de Gentse burggraaf te overvleugelen. De Gentse stadswijk, omgeven door de grachten die eens het oude verdwenen kasteel omringden, heet na 1180 'Oudenburg', tr.
tr.
met
Steppo van Viggezelle van Bernem, geb. circa 1110, Burggraaf van Gent, Heer van Viggezelle en van Bornem (Bernem), ovl. circa 1154,
, Steppo van Viggezele van Bornem, heer van Viggezele, Bornem, burggraaf van Gent, voogd van Temse, en Aleidis van Gent (ca. 1110 - voor 1154), erfdochter van Gent, weduwe van Hugo van Encre.
Viggezele ligt in West-Vlaanderen noordoostelijk van Tielt. Steppo van Viggezele had ca. 1140 moeilijkheden met de abdij van Affligem omdat hij meende erfelijke rechten te kunnen doen gelden op een schaapskooi te Pakinge. In 1164 schonk hij aan de St.Pietersabdij te Gent land, gelegen in 'Transblide' (Beoostenblij) in castellaria de Axla (Axel). Steppo was mogelijk zoon van Willem, burggraaf van Ieper en heer van Loo en N.N. van Bourgondië.
Uit dit huwelijk een dochter:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Margaretha | *1145 | | †1194 | | 49 | 1 | 2 |
>
Zeger I van Gent
in
Kwartierstaat van Ans Karstens
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek
Kwartierstaat van Magda en Paul Breedveld
Zeger I van Gent, geb. circa 1090, opperbaljuw, ovl. circa 1122,
, burggraaf van Gent 1120-1122
Zeger [Seger] I van Gent wordt vermeld 1114 -1122. Hij is Burggraaf van Gent vanaf 1120. Volgens de Kronieken van de St.Baafsabdij bestond reeds in 940 een 'castrum', een kasteel op een eiland in de Leie, een zijstroom van de Schelde bij Gent. Het is daar waarschijnlijk gesticht om de aanvallen van de Noormannen te keren. Dit kasteel beheerste nagenoeg de gehele 'pagus Gandensis', het gebied van Gent en wijde omgeving. Tot dat gebied behoorden het Land van Waas en de streken van Aalst en Dendermonde. Ook de Vier Ambachten met hun hoofdplaatsen Assenede, Boechoute, Axel en Hulst. Deze vruchtbare kleistreken, aangewassen tegen het Land van Waas, maakten deel uit van de 'pagus Gandensis'. De Gentse kasteelheer, kastelein of burggraaf, zoals hij in de vroegste documenten reeds genoemd wordt, had aanvankelijk veel gezag. Hij werd daarom ook wel als 'vicecomes' (ondergraaf) omschreven. Onder zijn bevel stond de hele krijgsmacht van het Gentse gebied. Hij was ook 'opperbaljuw', de opperste eiser in strafzaken.
De tolheffing op openbare wegen en bevaarbare wateren was hem toevertrouwd. Hij legde belastingen in allerlei vorm op. Op zijn order werden door de ingezetenen 'herendiensten' verricht, gedwongen arbeid, vaak aan wallen en torens van burchten en versterkingen. Ondermeer door de bouw van het Gravensteen te Gent ca. 1180, trachtte de toenmalige graaf van Vlaanderen, Philips van de Elzas, de macht van de Gentse burggraaf te overvleugelen. De Gentse stadswijk, omgeven door de grachten die eens het oude verdwenen kasteel omringden, heet na 1180 'Oudenburg'.- Vader:
Wennemar (Winemar) van Gent, zn. van Lambert II van Gent (Burggraaf van Gent) en Geyla , geb. in 1074, burggraaf van Gent, ovl. in 1120,
, heer van Bornhem, kastelein van Gent, Burgrave, Cht´elain, Seigneur, tr.
tr.
met
Alice de Courtrai (van Kortrijk), geb. circa 1090, ovl. in 1120.
Uit dit huwelijk een dochter:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Aleidis | *1110 | | †1154 | | 44 | 1 | 1 |
>
Alice de Courtrai
in
Kwartierstaat van Ans Karstens
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek
Alice de Courtrai (van Kortrijk), geb. circa 1090, ovl. in 1120.tr.
met
Zeger I van Gent, zn. van Wennemar van Gent (burggraaf van Gent) en Gisela van Guines, geb. circa 1090, opperbaljuw, ovl. circa 1122,
, burggraaf van Gent 1120-1122
Zeger [Seger] I van Gent wordt vermeld 1114 -1122. Hij is Burggraaf van Gent vanaf 1120. Volgens de Kronieken van de St.Baafsabdij bestond reeds in 940 een 'castrum', een kasteel op een eiland in de Leie, een zijstroom van de Schelde bij Gent. Het is daar waarschijnlijk gesticht om de aanvallen van de Noormannen te keren. Dit kasteel beheerste nagenoeg de gehele 'pagus Gandensis', het gebied van Gent en wijde omgeving. Tot dat gebied behoorden het Land van Waas en de streken van Aalst en Dendermonde. Ook de Vier Ambachten met hun hoofdplaatsen Assenede, Boechoute, Axel en Hulst. Deze vruchtbare kleistreken, aangewassen tegen het Land van Waas, maakten deel uit van de 'pagus Gandensis'. De Gentse kasteelheer, kastelein of burggraaf, zoals hij in de vroegste documenten reeds genoemd wordt, had aanvankelijk veel gezag. Hij werd daarom ook wel als 'vicecomes' (ondergraaf) omschreven. Onder zijn bevel stond de hele krijgsmacht van het Gentse gebied. Hij was ook 'opperbaljuw', de opperste eiser in strafzaken.
De tolheffing op openbare wegen en bevaarbare wateren was hem toevertrouwd. Hij legde belastingen in allerlei vorm op. Op zijn order werden door de ingezetenen 'herendiensten' verricht, gedwongen arbeid, vaak aan wallen en torens van burchten en versterkingen. Ondermeer door de bouw van het Gravensteen te Gent ca. 1180, trachtte de toenmalige graaf van Vlaanderen, Philips van de Elzas, de macht van de Gentse burggraaf te overvleugelen. De Gentse stadswijk, omgeven door de grachten die eens het oude verdwenen kasteel omringden, heet na 1180 'Oudenburg'.
Uit dit huwelijk een dochter:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Aleidis | *1110 | | †1154 | | 44 | 1 | 1 |
>
Lambert II van Gent
in
Kwartierstaat van Ans Karstens
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek
Kwartierstaat van Magda en Paul Breedveld
Lambert II van Gent, geb. circa 1045, Burggraaf van Gent, ovl. voor 1073.tr.
met
Geyla , ovl. na 1071.
Uit dit huwelijk een zoon:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Wennemar | *1074 | | †1120 | | 46 | 1 | 2 |
>
Geyla
in
Kwartierstaat van Ans Karstens
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek
Kwartierstaat van Magda en Paul Breedveld
Geyla , ovl. na 1071.tr.
met
Lambert II van Gent, zn. van Volkaard II van Gent (Burggraaf van Gent) en Landrade van Leuven, geb. circa 1045, Burggraaf van Gent, ovl. voor 1073.
Uit dit huwelijk een zoon:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Wennemar | *1074 | | †1120 | | 46 | 1 | 2 |
>
Volkaard II van Gent
in
Kwartierstaat van Ans Karstens
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek
Kwartierstaat van Magda en Paul Breedveld
Volkaard II van Gent, geb. voor 1025, Burggraaf van Gent, ovl. circa 1073.tr.
met
Landrade van Leuven, dr. van Lambert II (Balderik) graaf van Leuven (graaf van Leuven 3-6-1041) en Oda van Neder-Lotharingen.
Uit dit huwelijk een zoon:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Lambert II | *1045 | | †1073 | | 28 | 1 | 1 |
>
Landrade van Leuven
in
Kwartierstaat van Ans Karstens
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek
Kwartierstaat van Magda en Paul Breedveld
Landrade van Leuven.- Vader:
Lambert II (Balderik) graaf van Leuven, zn. van Lambert I met de Baard van Leuven (graaf van Leuven) en Gerberga van Neder-Lotharingen, geb. circa 990, graaf van Leuven 3-6-1041, ovl. Reims (F) na 21 sep 1062, begr. Nijvel,
, Lambert II (ook genaamd: Balderik) van Leuven, geb. ca. 990; vermeld als graaf van Leuven vanaf 3.6.1041 ter opvolging van zijn neef Otto; brengt de relieken van St. Goedele over naar de kerk van St. Michiel 16.11.1047 en sticht daar een kapittel; stichter van het kapittel van St. Pieter te Leuven, relatie.
tr.
met
Volkaard II van Gent, zn. van Lambert I van Gent en Hermengarde van Vlaanderen, geb. voor 1025, Burggraaf van Gent, ovl. circa 1073.
Uit dit huwelijk een zoon:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Lambert II | *1045 | | †1073 | | 28 | 1 | 1 |
>
Lambert I van Gent
in
Kwartierstaat van Ans Karstens
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek
Kwartierstaat van Magda en Paul Breedveld
Lambert I van Gent, geb. circa 1000, ovl. in 1034.tr.
met
Hermengarde van Vlaanderen, geb. circa 1011, ovl. circa 1071.
Uit dit huwelijk een zoon:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Volkaard II | *1025 | | †1073 | | 48 | 1 | 1 |
>
Hermengarde van Vlaanderen
in
Kwartierstaat van Ans Karstens
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek
Kwartierstaat van Magda en Paul Breedveld
Hermengarde van Vlaanderen, geb. circa 1011, ovl. circa 1071.tr.
met
Lambert I van Gent, zn. van Wenemar van Gent, geb. circa 1000, ovl. in 1034.
Uit dit huwelijk een zoon:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Volkaard II | *1025 | | †1073 | | 48 | 1 | 1 |
>
Wenemar van Gent
in
Kwartierstaat van Ans Karstens
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek
Kwartierstaat van Magda en Paul Breedveld
Wenemar van Gent.Hij krijgt een zoon:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Lambert I | *1000 | | †1034 | | 34 | 1 | 1 |
>
Thierry van Altena
in
Kwartierstaat van Ans Karstens
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek
Thierry van Altena, geb. in 1100, ovl. in 1172.tr.
met
Adelheid Berthout, dr. van Wouter van Berthout (Heer van Mechelen en van Grimbergen) en Adeline van Boechout, geb. circa 1090.
Uit dit huwelijk 2 kinderen, waaronder:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Dirk | *1143 | | †1172 | | 29 | 2 | 2 |
>
Adelheid Berthout
in
Kwartierstaat van Ans Karstens
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek
Adelheid Berthout, geb. circa 1090.- Vader:
Wouter (Gauthier) van Berthout, zn. van Gerard (Draeckenbaert) van Berthout en Ermengarde , geb. Mechelen [België] circa 1054, Heer van Mechelen en van Grimbergen, ovl. Grimbergen [België] circa 1120,
, Wouter I Berthout (ca. 1070 - na 1110) was een Brabants edelman en stamvader van het geslacht Berthout.
Wouter was heer van Grimbergen en Mechelen, en voogd van Mechelen (1096-1110). Hij nam deel aan de Eerste Kruistocht. Na zijn thuiskomst ontgon hij grote gebieden ten noorden van Brussel en stichtte daar in 1110 (of 1128) de abdij van Grimbergen. Het kasteel van Grimbergen lag op een 13 m hoge motte, bij de kruising van de oude landweg van Brugge en Gent naar Brussel, met de Zenne, tegenover Vilvoorde.
Wouter is begraven in de abdij van Grimbergen.
Berthout is een oud riddergeslacht, dat in de 11e eeuw voor het eerst vermeld met betrekking tot de heerlijkheid Grimbergen. Na een hoogtepunt in de 12e eeuw stierf het geslacht uit in de 13e eeuw. Hun gebied, het "Land van Grimbergen", strekte zich uit van de Schelde tot aan de Rupel in Mechelen en Leuven en de Dender in Dendermonde.
Wouter van Grimbergen (of Wouter I Draeckenbart) wordt als de stamvader van het geslacht beschouwd, en wordt voor het eerst vermeld in 1096, als voorlaatste getuige bij een schenking van Ida van Verdun aan de abdij van Affligem. Hij was waarschijnlijk heer van Grimbergen en Mechelen. Mechelen was toen leengoed van de bisschoppen van Luik. De macht van de familie groeide geleidelijk, met o.a. de stichting van de abdij van Grimbergen tussen 1126 en 1128. Zij oefenden het tolrecht over de Zenne uit. Sommige Berthouts uit de eerste generaties namen ook deel aan de kruistochten, tr.
tr.
met
Thierry van Altena, geb. in 1100, ovl. in 1172.
Uit dit huwelijk 2 kinderen, waaronder:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Dirk | *1143 | | †1172 | | 29 | 2 | 2 |
>
Gunderland in de Haspengouw
in
Kwartierstaat van Ans Karstens
Kwartierstaat van Cees Hagenbeek
Kwartierstaat van Magda en Paul Breedveld
Kwartierstaat van Mechelien Mezach
Gunderland in de Haspengouw, graaf van de Haspengouw, ovl. in 788.Hij krijgt een zoon:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Ingerammme | *735 | | †778 | | 43 | 2 | 2 |
>