Cees Hagenbeek
Joost von Beeck
Joost von Beeck.

tr.
met

Agneta van Collen.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Matthias*1646  †1720  73


Agneta van Collen
Agneta van Collen.

tr.
met

Joost von Beeck.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Matthias*1646  †1720  73


Johan van Broekhuizen
Johan van Broekhuizen1, geb. Leersum Haaften circa 1435, heer van Broekhuizen en Waardenburg, erfhofmeester van Gelre, ovl. op 15 okt 1468.

Johan van Broekhuizen.
Hij was, evenals zijn vader, erfhofmeester van Gelderland en een beroemd en dapper krijgsman. Aartshertog Maximiliaan verhief Weerdenborch, dat Gerhard tot open huis had gemaakt, met de dorpen Hien en Neerijnen tot eene hooge heerlijkheid met recht van galg en put. Doch bij de komst van Karel van Gelder in het land koos de heer van Weerdenborch, evenals zijn oom Reinier, onmiddelijk Karels partij. Hij stierf ongehuwd in I 494, en zijne enige zuster Walrave erfde van hem. Deze huwde 1e in 1480 Otto van Arckel, heer van Heukelom, zoon van Johan en Berta van Culenborch, en 2e in 1507 Herman van Wachtendonk. Bij haar overlijden in 15 I I kwamen al hare heerlijkheden en bezittingen aan haar oudsten zoon Johan van Arckel.

tr. in 1456
met

Elisabeth van Haeften en Vlodrop1, dr. van Walraven van Haeften (heer van Haeften, Herwijnen, Hellu en (causa uxoris) Varick) en Henrica van Varick (vrouwe van Varick), geb. circa 1438, vrouwe van Varick, ovl. op 31 okt 1504.

Elisabeth van Haeften en Vlodrop.
Dochter: Walram en Hendrika van Varick, 1.Ehe: Johann van Broichhausen, 3.Ehe: Willem van Aeswein.

Uit dit huwelijk 2 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Walraven*1460 Waardenburg †1515 Waardenburg 55
Gerhard*1468  †1494  26



Bronnen:
1.Afgeschermd, Periodiek, Kon. Ned. Gen. voor Geslacht- en Wapenkunde, ‘s-Gravenhage, vanaf 1883
2.Heraldieke Bibliotheek. (HB), J.B. Rietstap, ’s-Gravenhage
3.Ons Voorgeslacht (OV 006), Schrijver: 196 (blz. 115)

Elisabeth van Haeften en Vlodrop
Elisabeth van Haeften en Vlodrop1, geb. circa 1438, vrouwe van Varick, ovl. op 31 okt 1504.

Elisabeth van Haeften en Vlodrop.
Dochter: Walram en Hendrika van Varick, 1.Ehe: Johann van Broichhausen, 3.Ehe: Willem van Aeswein.

tr. (1) in 1456
met

Johan van Broekhuizen1, zn. van Gerrit van Broekhuizen (heer van Waardenburg, Broekhuizen en Ammersoyen, erfhofmeester van Gelre) en Walravina "Posthuma" van Brederode, geb. Leersum Haaften circa 1435, heer van Broekhuizen en Waardenburg, erfhofmeester van Gelre, ovl. op 15 okt 1468.

Johan van Broekhuizen.
Hij was, evenals zijn vader, erfhofmeester van Gelderland en een beroemd en dapper krijgsman. Aartshertog Maximiliaan verhief Weerdenborch, dat Gerhard tot open huis had gemaakt, met de dorpen Hien en Neerijnen tot eene hooge heerlijkheid met recht van galg en put. Doch bij de komst van Karel van Gelder in het land koos de heer van Weerdenborch, evenals zijn oom Reinier, onmiddelijk Karels partij. Hij stierf ongehuwd in I 494, en zijne enige zuster Walrave erfde van hem. Deze huwde 1e in 1480 Otto van Arckel, heer van Heukelom, zoon van Johan en Berta van Culenborch, en 2e in 1507 Herman van Wachtendonk. Bij haar overlijden in 15 I I kwamen al hare heerlijkheden en bezittingen aan haar oudsten zoon Johan van Arckel.

Uit dit huwelijk 2 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Walraven*1460 Waardenburg †1515 Waardenburg 55
Gerhard*1468  †1494  26

tr. (2)
met

Gerard van Vlodorp1 (van Vloten), zn. van Willem van Vlodorp en Cecilia von Hamal-Elderen-Borgharen, geb. circa 1400, vertegenwoordiger bij de kloosterbouw van Jacob I heer van Horne Weert in 1461.

Gerard van Vlodorp.
Gerard van Vlodorp overleden voor zijn vader, voogdijschap  op diens erfgenamen van Vlodorp, van Wely pag. 116 noemt hem de neef van Willem van Vlodorp, de erfvoogd van Roermond en de vertegenwoordiger van graaf Jacob van Horne in 1461 bij de kloosterbouw te Weert. , geb. ca. 1400,  van Wely pag. 117, erfvoogd van Roermond Heer van Leuth, koopt Dalenbroek (1457),  met lossing uit handen der kinderen van Johan van Brede. Jr Godard was heer van Leuth, heer van Dalenbroek,heer van Mettechoven, leenman van Horne, 1480 für den minderjährigen Stiefsohn Gerhard von Broichhausen mit der Herrschaft Werdenberg belehnt.

Uit dit huwelijk 2 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Anna  †1531   
Gerhard  †1544   

tr. (3)
met

Willem van Aeswijn1, zn. van Reyner van Aeswijn en Agnes van Gendt, drost then Bergh, ovl. na 1501.

Willem van Aeswijn.
Erfhofmeester van het land van Gelre.
Het leen wordt nader omschreven als: De groete roggethiende tot Loei, de thiende tot Waverloe, de smale teende 40 toe Waverloe, ind een Meyne haverteendtken in den kirspel van Diedam gelegen. Wilhem van Aiswiin, erfhofmeester 's lands van Gelre, ten behoeve van zijn zoon Reyner en diens bruid Alijt Schenck van Nideggen, na opdracht ingevolge huwelijks-voorwaarden door haar vader Wynant Schenck van Nideggen, lieer tot Airssen, die het leen bij zijn huwelijk met Johanna van der Donck van haar vader Clais van der Donck ontvangen had, 1501 Mei 15. Reyner van Gelre, bastaard, krijgt uitstel, na zijn huwelijk met Aliit Schenck, wier huwelijk met Reyner van Aisswiin niet doorgegaan is, 1512 Maart 31.

Hondert golden churfurster Rhijnsche gulden jaerlix uut 3 bouwingen, gelegen in Tielerweert, in der herlicheit van Weerdenborch, d'een daer Johan Storme op gewoont, holdende omtrent 63 mergen etc etc.

Elisabeten van Haeften ende van Vlodorp , huysfrou Willems van Aoswijn , a°.1496, op Roiner van Aoswijn , haren soon, gcërft, 18 Octobris 1517. Henrica van Aeswijn, huysfrou Seinen van Dort, erve hares broders Reiuers, 27 Martii 1523.

Gerrit van Broeckhusen Johanssoon, onmondich, a°.
1470. Sijn momber is Walraven van Broeckhusen. Idem eedt vernijt deur sijnen bulder ende momber Gijsbort van Isendorn, 21 Januarii 1474. Idem selffs eedt gedaen, a°.1480.

Dat huys ende hofstat ter Wesenthorst, myt der vischerien, die Bonynchorst, Willem-Yssemcamp, den Gheer tegenaver die strate, ende Helberger-gudicken, in den kirspel van Gendringen Reynalt van Asswyen, dat huis to eenen apenen huse, na koop van Wychart vnd, die een ander goed tot leen maakt (zie N°. 133), 1448 December 21. Johan van Aeswiin, na doode van zijn vader Reynolt, 1460 October 18. Johan van Aesswiin, 1469 April 25. Frederick van Aisswiin, na doode van zijn vader Reyner, die na doode van zijn broeder Johan verzuimd had beleening te vragen, 1524 Juli 13. Agnes van Ulft, weduwe van Reyner van Aiswiin, na doode van haar zoon Frederick. Hulder is Elbert van Palant, maarschalk, 1533 Augustus 12.

verder voorgeslacht, idem Netterden: Den hof to Heze, 't gued to Kerven, ende Maishoven in gemeynen lene, to 5 marcken. Heer Gheryt van Asswiin ende Gosen van Asswiin, als die ailde leenregister innehailt. Reinalt van Aswiin, hun nazaat, beleend met 't gued to Heze, gelegen bi den Spoilberge mit al den tobehoeren tot enen 2 marck leen. Ende dat gued to Rietbergen mit al den tobehoeren, gelegen by Wiken, to enen pondigen lene, 1417 October. Reinolt van Asswiin mede beleend met 6 maldersaet lants, ende heit dat Wickenkempken, dat om Zweder Otter vercocht hevet uut den guede to Bruechus (vgl. N°. 131), to l U leen, 1438 Februari 19. Heer Johan van Asswiin Reynoltssoen, na doode van zijn vader.

Ende tuchtigt sijn moder Elisabet van Haeften , huysfrou Gerrits van VIodorp , eodem die. Walrave van Weerdenborch, huysfrou Otten .
van Arkel, heeren tot Heukelom, beleent uut crachte eenes maechgescheyts tusschen hen ende Elisabet van Haeften van Vlodorp, huysfrou Willems van Aeswijn, opgericht, a°.1496. Elisabet van Haeften, erve hares soons Gerrits voorn, heeft overgegeven haer actie. Willem van Aeswijn beleent bij transport gedachter ecluden Walraven ende Otto, eodem die. Hier staet: dat erfhooffmeisteramt dos lants van Gelre, met acker. weyden, visscherien, sanden, uterweerden e.nd middelweerden end allen sijnen tobehoren, tot eenen onversterflicken leen tot Zutphenschen rechten. Idem tuchtigt sijn vrou Elisabet van Haeften van Vlodorp, eodom die.

Uit dit huwelijk 2 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Reinald     
Henrica*1465  †1553  88

tr. (4)
met

Adolf Arnoldszoon hertog van Gelre van Egmond graaf van Zutphen2 (Gelre van Egmont, van), zn. van Arnold van Egmond hertog van Gelre (hertog van Gelre, graaf van Zutphen) en Catharina prinses van Kleef, geb. Arnhem op 12 feb 1438, ged. aldaar op 15 mrt 1438 (15 mrt 1439), 1465-1471 hertog, ovl. Doornik (Tournai) [België] op 27 jun 1477, begr. aldaar (Utrecht) kathedraal O.L. Vrouw, Lodewijkskapel in de Hofkerk in 1477.

Adolf Arnoldszoon hertog van Gelre van Egmond graaf van Zutphen.
Hij werd na 1473 opgevoed onder toezicht van Karel de Stoute en later van Maximiliaan van Oostenrijk.
Hij geraakte in 1487 bij Béthune in Franse krijgsgevangenschap en werd in maart 1492 losgekocht door de Gelderse steden en gehuldigd als hertog van Gelre (1492-1538), graaf van Zutfen, graaf van Kessel en graaf van Egmond.
Daarna begon een eindeloze oorlog voor het behoud van de zelfstandigheid van Gelre tegen de opdringende Habsburgse macht.
Het 1e huwelijk kan ook op 5 febr. 1519 zijn voltrokken, maar bleef kinderloos.
Die geldrische Ständeversammlung schloß am 27 Januar 1538 in Nimwegen einen Vertrag, in welchem bestimmt wurde, daß nach dem Tode Karl von Egmonds das Herzogtum Geldern an den Jungherzog Wilhelm von.
Jülich-Kleve-Berg übergehen solle. Die Stände huldigten diesem noch an Ort und Stelle. Wilhelms Vater, Herzog Johann III von Jülich-Kleve-Berg, übte die Schutzherrschaft aus. De facto begann schon von diesem Tage an die.
Herrschaft des Klever Hauses (R. G. Jahn, GHK 1993, S. 121).

Vermeld 1465-1471 Herzog, opgenomen in de Orde van het Gulden Vlies St.-Omaars 1461, hertog van Gelre en graaf van Zutphen 1465-71, gesneuveld bij Doornik 27-6-1477, begr. aldaar (kathedraal O.L. Vrouw, Lodewijkskapel).

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Rainer I*1460  †1522  62



Bronnen:
1.Afgeschermd, Periodiek, Kon. Ned. Gen. voor Geslacht- en Wapenkunde, ‘s-Gravenhage, vanaf 1883
2.Genealogie der Heren en Graven van Egmond (B 039), Dr A.W.E. Dek, Den Haag, 1958 (blz. 22)

Gerhard van Broekhuizen van Weerdenborch
Gerhard (Gerrit) van Broekhuizen van Weerdenborch (Broeckhusen), geb. in 1468, 10e heer van Weerdenborch in 1480, ovl. in 1494.

Gerhard van Broekhuizen van Weerdenborch.
Hij was bij zijns vaders dood in 1468 eerst een halfjaar oud. Deze Gerhard was de tiende heer van Weerdenborch en werd na den dood van zijn oom Walraven in 1480 ook heer van Ammerzode. Hij was, evenals zijn vader, erfhofmeester van Gelderland en een beroemd en dapper krijgsman. Aartshertog Maximiliaan verhief Weerdenborch, dat Gerhard tot open huis had gemaakt, met de dorpen Hien en Neerijnen tot eene hooge heerlijkheid met recht van galg en put. Doch bij de komst van Karel van Gelder in het land koos de heer van Weerdenborch, evenals zijn oom Reinier, onmiddelijk Karels partij. Hij stierf ongehuwd in I 494, en zijne eenige zuster Walrave erfde van hem. Gerrit van Broeckhusen Johanssoon, onmondich, a°. 1470. Sijn momber is Walraven van Broeckhusen.



Bronnen:

1.Afgeschermd, Periodiek, Kon. Ned. Gen. voor Geslacht- en Wapenkunde, ‘s-Gravenhage, vanaf 1883

Johan van Arkel van Heukelom
Jan III (Johan) van Arkel van Heukelom1, geb. Heukelom in 1394, ovl. in 1465.

 

tr. op 3 okt 1435
met

Berta van Culemborch1, dr. van ridder Jan (Johan III) van Culemborg (heer van Culemborg) en Aleyt van Götterswick, geb. Culemborg in 1416, ovl. aldaar in 1465.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Otto IV*1442  †1503  61



Bronnen:
1.Afgeschermd, Periodiek, Kon. Ned. Gen. voor Geslacht- en Wapenkunde, ‘s-Gravenhage, vanaf 1883

Berta van Culemborch
Berta van Culemborch1, geb. Culemborg in 1416, ovl. aldaar in 1465.

tr. op 3 okt 1435
met

Jan III (Johan) van Arkel van Heukelom1, zn. van Otto III van Heukelom ridder (ridder 1381) en Elisabeth Jans van Lynden (vrouwe van Heukelom en Millingen), geb. Heukelom in 1394, ovl. in 1465.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Otto IV*1442  †1503  61



Bronnen:
1.Afgeschermd, Periodiek, Kon. Ned. Gen. voor Geslacht- en Wapenkunde, ‘s-Gravenhage, vanaf 1883

Willemina van Wachtendonck zu Biesenberg und Fliesteden
Willemina van Wachtendonck zu Biesenberg und Fliesteden (van Wachtendonck zu Biesenberg und Fliesteden1), geb. circa 1555, vrouwe van Dieden & Ooyen, Vrouwe van Biesenburg (Biesenberg?) of Riesenburg?, ovl. op 12 nov 1629 27 September 1629, begr. Oyen.

Willemina van Wachtendonck zu Biesenberg und Fliesteden.
Wilhelmina van Wachtendonck, douairière van Oyen en Dieden, gestorven in september, is op 12 november 1629 eerst overgebracht en begraven in de Paulusabdij, in de kapel van de heer van Gendt. Het lijk was met zestien kwartieren omhangen, die hier afgebeeld zijn. Wachtendonck / Merode / Schenck / Haes / Horst / Gertse / Oest / Schal / Parle / Pallandt / Leyenberch / Quaed / Gendt / Nesselraet / Tussenbroek / Mauwenberg(?).
Deze wapens zijn van Elisabeth van der Boey, vrouw van Evert van der Mast, zij stierf in juli 1640. Van der Boey / Baerle van Krieckebeecke / Booth / Cijl van Broel / Swieten / Deurdel / Leeuwen / Varik.

Wilhelmina werd door Johan Gerard van Gendt met enkele vrienden geschaakt en als genoegdoening krijgt haar vader Otto van Wachtendonk de titel van Opperjagermeester van Gelderland,.
Ze wordt genoemd als vertegenwoordiger in Pruissen in 1601.In de stamboom van Dick Baars geeft hij de familienaam Van Wachtendonck-Leefdael.

tr. in 1570
met

Johan Gerard van Gendt1,3, zn. van Walraven van Gendt (ambtman van Nederbetuwe) en Elisabeth van Raesfelt, geb. circa 1530, heer v. Oijen en Dieden, jagermeester v. Gelre en Zutfen, ovl. Oyen op 16 dec 1613, begr. aldaar.

Johan Gerard van Gendt.
De Maastol te Oyen. Soe is ‘t, dat wy Ridderschap ende Steden voors. hier op gehad idt advys van die Luyden van de Rekeninge und bevindende het versouck van den voorn. Johan van Gend t op goede reden te bestaen, hem Johan van Gendt, Joffer Wilhelme van Wachtendonck, syner huysvrouwe und oiren erven dieselve Hooge ende leege Heerlickheiden van Oyen ende Dieden mit alle die Domeinen daer inne ende toegehoirende gegunt, opgedragen ende geaccordiert hebben, gunnen, opdraegen en cediereu in kracht deses, om dieselve erffelick ende ewelick te hebben, halden, genieten ende gebruiken: gelijck die Voor-Fursten van Gelre die gehadt.
ende tot oiren schoenste gebrugkt en genoiten hebben, niet clair van uytgesclreyden. Beloevende voir ons ende onse naecomelingen die voorn. opdracht en cessie in der vuegen ende manieren boven verhailt te onderhouden ende te doen onderhouden sonder dair tegens uyt te doen off laten geschien, directelijck off indirectelijck in eniger manieren.

Uit dit huwelijk 4 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Margriet     
Walraven  †1644   
Otto*1578  †1640 Wesel (D) 62
Johanna*1589  †1671  82



Bronnen:
1.Afgeschermd, Periodiek, Kon. Ned. Gen. voor Geslacht- en Wapenkunde, ‘s-Gravenhage, vanaf 1883
2.Heraldieke Bibliotheek. (HB), J.B. Rietstap, ’s-Gravenhage
3.Jaarboek Centraal Bureau voor Genealogie (JCBG 2011), CBG, ‘s-Gravenhage, vanaf 1947 (blz. 47)

Johan Gerard van Gendt
Johan Gerard van Gendt1,2, geb. circa 1530, heer v. Oijen en Dieden, jagermeester v. Gelre en Zutfen, ovl. Oyen op 16 dec 1613, begr. aldaar.

Johan Gerard van Gendt.
De Maastol te Oyen. Soe is ‘t, dat wy Ridderschap ende Steden voors. hier op gehad idt advys van die Luyden van de Rekeninge und bevindende het versouck van den voorn. Johan van Gend t op goede reden te bestaen, hem Johan van Gendt, Joffer Wilhelme van Wachtendonck, syner huysvrouwe und oiren erven dieselve Hooge ende leege Heerlickheiden van Oyen ende Dieden mit alle die Domeinen daer inne ende toegehoirende gegunt, opgedragen ende geaccordiert hebben, gunnen, opdraegen en cediereu in kracht deses, om dieselve erffelick ende ewelick te hebben, halden, genieten ende gebruiken: gelijck die Voor-Fursten van Gelre die gehadt.
ende tot oiren schoenste gebrugkt en genoiten hebben, niet clair van uytgesclreyden. Beloevende voir ons ende onse naecomelingen die voorn. opdracht en cessie in der vuegen ende manieren boven verhailt te onderhouden ende te doen onderhouden sonder dair tegens uyt te doen off laten geschien, directelijck off indirectelijck in eniger manieren.

tr. (1) in 1570
met

Willemina van Wachtendonck zu Biesenberg und Fliesteden (van Wachtendonck zu Biesenberg und Fliesteden1), dr. van Otto von Wachtendonck zu Bissenberg (drost van Kleef) en Margriet Scheiffart van Merode, geb. circa 1555, vrouwe van Dieden & Ooyen, Vrouwe van Biesenburg (Biesenberg?) of Riesenburg?, ovl. op 12 nov 1629 27 September 1629, begr. Oyen.

Willemina van Wachtendonck zu Biesenberg und Fliesteden.
Wilhelmina van Wachtendonck, douairière van Oyen en Dieden, gestorven in september, is op 12 november 1629 eerst overgebracht en begraven in de Paulusabdij, in de kapel van de heer van Gendt. Het lijk was met zestien kwartieren omhangen, die hier afgebeeld zijn. Wachtendonck / Merode / Schenck / Haes / Horst / Gertse / Oest / Schal / Parle / Pallandt / Leyenberch / Quaed / Gendt / Nesselraet / Tussenbroek / Mauwenberg(?).
Deze wapens zijn van Elisabeth van der Boey, vrouw van Evert van der Mast, zij stierf in juli 1640. Van der Boey / Baerle van Krieckebeecke / Booth / Cijl van Broel / Swieten / Deurdel / Leeuwen / Varik.

Wilhelmina werd door Johan Gerard van Gendt met enkele vrienden geschaakt en als genoegdoening krijgt haar vader Otto van Wachtendonk de titel van Opperjagermeester van Gelderland,.
Ze wordt genoemd als vertegenwoordiger in Pruissen in 1601.In de stamboom van Dick Baars geeft hij de familienaam Van Wachtendonck-Leefdael.

Uit dit huwelijk 4 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Margriet     
Walraven  †1644   
Otto*1578  †1640 Wesel (D) 62
Johanna*1589  †1671  82


Hij krijgt een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Moralla     



Bronnen:
1.Afgeschermd, Periodiek, Kon. Ned. Gen. voor Geslacht- en Wapenkunde, ‘s-Gravenhage, vanaf 1883
2.Jaarboek Centraal Bureau voor Genealogie (JCBG 2011), CBG, ‘s-Gravenhage, vanaf 1947 (blz. 47)

Margriet van Gendt tot Oyen
Margriet van Gendt tot Oyen.

tr.
met

Floris van Merode Herr v. Rümmen, zn. van Bernard Freiherr von Merode en Maria van Transilvaniën (Erbin zu Libenberg in Siebenbürgen), ovl. voor 30 jan 1627.


Bronnen:

1.Afgeschermd, Periodiek, Kon. Ned. Gen. voor Geslacht- en Wapenkunde, ‘s-Gravenhage, vanaf 1883
2.Jaarboek Centraal Bureau voor Genealogie (JCBG 2011), CBG, ‘s-Gravenhage, vanaf 1947 (blz. 47)

Floris van Merode Herr v. Rümmen
Floris van Merode Herr v. Rümmen, ovl. voor 30 jan 1627.

tr.
met

Margriet van Gendt tot Oyen, dr. van Johan Gerard van Gendt (heer v. Oijen en Dieden, jagermeester v. Gelre en Zutfen,) en Willemina van Wachtendonck zu Biesenberg und Fliesteden (vrouwe van Dieden & Ooyen, Vrouwe van Biesenburg (Biesenberg?) of Riesenburg?).


Bernard von Merode
Bernard Freiherr von Merode, ovl. Keulen [Duitsland] in dec 1591.

Bernard Freiherr von Merode.
Reinhard?, Canonicus zu St.Lambert in Lüttich, Herr zu Rummen, Erbbannerherr, Herr zu Capellen, Ramsdunck und Asten, Siebenbürgen, 1580-1583 Statthalter von Friesland im Dienst der Generalstaaten.

tr.
met

Maria van Transilvaniën (von Libenberg), Erbin zu Libenberg in Siebenbürgen.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Floris  †1627   


Maria van Transilvaniën
Maria van Transilvaniën (von Libenberg), Erbin zu Libenberg in Siebenbürgen.

tr.
met

Bernard Freiherr von Merode, ovl. Keulen [Duitsland] in dec 1591.

Bernard Freiherr von Merode.
Reinhard?, Canonicus zu St.Lambert in Lüttich, Herr zu Rummen, Erbbannerherr, Herr zu Capellen, Ramsdunck und Asten, Siebenbürgen, 1580-1583 Statthalter von Friesland im Dienst der Generalstaaten.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Floris  †1627   


Margaretha van Aeswijn
Margaretha van Aeswijn, vrouw van Gramsbergen, ovl. in 1657.

tr. in 1625
met

Heinrich (Henrick) Freiherr von Munster tot Tyll (Hendrik van Monster tot Ruynen), geb. in 1564, heer van Ruinen, ovl. Ruinen huis Oldenhof op 27 jan 1635, begr. aldaar St. Catharinakapel in de kerk te Ruinen op 19 mrt 1635.


Bronnen:

1.Heraldieke Bibliotheek. (HB), J.B. Rietstap, ’s-Gravenhage

Henrick von Munster tot Tyll
Heinrich (Henrick) Freiherr von Munster tot Tyll (Hendrik van Monster tot Ruynen), geb. in 1564, heer van Ruinen, ovl. Ruinen huis Oldenhof op 27 jan 1635, begr. aldaar St. Catharinakapel in de kerk te Ruinen op 19 mrt 1635.

tr. (1) in 1625
met

Margaretha van Aeswijn, dr. van Jhr Eustaes (Statius) van Aeswijn (heer van Gramsbergen, WilIige Langerak) en Anna van Wachtendonck (vrouwe van Bösenberg), vrouw van Gramsbergen, ovl. in 1657.

tr. (2) op 5 nov 1589
met

Sophia van den Grimberg gen. van Aldenbochum, rouw van Thyl (erfdochter van Til en Angeren), ovl. voor 12 okt 1622.

Uit dit huwelijk 2 dochters:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Anna  †1653   
Anna     


Ermgard van Lynden
Ermgard van Lynden, geb. circa 1290.

tr.
met

Otto Dirk ridder van Bylant, zn. van Theodoricus Ritter Doys gen. von Bylant en Sophie van der Lecke, geb. Martin [Slovakia] in 1300, Cleefsch drost en ambtman van Huissen en Malburg in 1362, ovl. Gendringen in 1362.

Otto Dirk ridder van Bylant.
der jüngere, Drost zu Heussen und Malburg.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Margareta*1335 Heumen †1361 Heumen 25


Anna Agnes van Munster
Anna Agnes van Munster.

tr. op 12 okt 1622
met

Hendrich Johann van Raesfelt (Heinrich Johan van Raesfelt tot Twickelo), zn. van Johan van Raesfelt (heer van Twickel, Vollenhove en Lage) en Lucia von Heyden, lid van de Ridderschap van Overijssel 17 april 1611,drost van Twente, ovl. in 1648.


Sophia van den Grimberg gen. van Aldenbochum
Sophia van den Grimberg gen. van Aldenbochum, rouw van Thyl (erfdochter van Til en Angeren), ovl. voor 12 okt 1622.

tr. op 5 nov 1589
met

Heinrich (Henrick) Freiherr von Munster tot Tyll (Hendrik van Monster tot Ruynen), geb. in 1564, heer van Ruinen, ovl. Ruinen huis Oldenhof op 27 jan 1635, begr. aldaar St. Catharinakapel in de kerk te Ruinen op 19 mrt 1635, tr. (1) in 1625 met Margaretha van Aeswijn. Uit dit huwelijk geen kinderen.

Uit dit huwelijk 2 dochters:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Anna  †1653   
Anna     


Reynold van Aeswijn tot Gramsbergen
Reynold van Aeswijn tot Gramsbergen, heer van Gramsbergen en Brakel, ovl. in 1521.

tr.
met

Agnes van Ulft, dr. van Evert van Kemnade en Jutta van Heeckeren van der Ese (vrouwe van Gramsbergen), vrouwe van Kemnade, ter Stonde, ter Brugge en Gramsbergen.

Uit dit huwelijk 2 zonen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Reynier*1513 Doetichem Ambt †1555  42
Anthonie     


Agnes van Ulft
Agnes van Ulft, vrouwe van Kemnade, ter Stonde, ter Brugge en Gramsbergen.

tr.
met

Reynold van Aeswijn tot Gramsbergen, heer van Gramsbergen en Brakel, ovl. in 1521.

Uit dit huwelijk 2 zonen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Reynier*1513 Doetichem Ambt †1555  42
Anthonie